Vijf woorden om jezelf te beschrijven. Moeilijk, want ben ik niet zo van het grabbelen in mezelf. Dus ik vroeg aan mijn man om er een paar te noemen. Die gaf hij (hij was in een uitstekende stemming) en het is een schat van een man, maar het waren zulke vleiende woorden dat ik ze afwees met: geen hond die dat allemaal gelooft. Ik zelf trouwens ook niet.
Toch hier maar een paar eigenschappen: vriendelijk, positief, openhartig, gemakkelijk, impulsief. Het aardige van dit soort woorden is dat je aan sommige meteen een negatieve lading kunt geven. Gemakkelijk: ja, ik zal niet van mezelf zeggen dat ik een luie slons ben, dus dat zegt niets anders dan dat ik het leven niet zo zwaar opneem. Impulsief: hoe vaak ik niet heb gedacht, mens denk nu eerst een na voor je iets toezegt. Te vaak! Daar laat ik het dus maar bij.
Op de longlist staat Retourtje Elzas en ook De Binnentuin, het boek dat mijn zusje Reina en ik samen als vervolgverhaal hebben opgezet op facebook in het begin van de eerste lockdown. Een beetje vrolijkheid is nooit weg vonden we.
Retourtje Elzas gaat over Jany, een jonge vrouw die Lydia, een schoolvriendin uit de narigheid helpt, zoals ze dat vroeger ook vaak deed. Die vriendin weet het dan altijd zo te draaien dat zij degene is die de helpende hand biedt. In plaats van de wereldreis die Jany van plan was te maken, belandt ze op het kleine bungalowbedrijf dat Lydia met haar man beheert. Daar ontmoet ze mensen die ze in haar hart sluit en ook een paar die ze verafschuwt. De achtergrond is het romantische landschap van de Elzas met krekels, lavendel en veel liefde.
Ik ben voornamelijk benieuwd naar de uitslag omdat er zoveel verschillende auteurs meedoen.
Ik heb het eerste woord dan paraat: ‘Uh…’ Maar het is niet iets waar ik rekening mee houd, want het is niets voor mij om mijn omgeving op te roepen om op een boek van mij te stemmen.
Het plaatje is van heel lang geleden: de Campveerse toren in Veere, het plein ervoor bedekt met een laag sneeuw. Er waren vrijwel geen gasten in de historische gelagkamer van het restaurant met z’n bruinhouten lambrisering en de hoge ramen die uitkeken over Oosterschelde. Mijn, toen nog, vriend en ik keken naar de schuimkoppen op het donkere water waar de vissersvloot van Arnemuiden binnenvoer, terwijl de sneeuwvlokken naar beneden dwarrelden. We zijn inmiddels een hele tijd getrouwd, maar dat moment koester ik nog steeds.
Ik ben een alleslezer. Alleen horror, daar houd ik niet van. Feelgood romans, fantasie, goedgeschreven kinderboeken, daar smul ik ook van, maar ik heb net weer een geschiedenisboek uit de kast gepakt. Ook weer boeiend.
Laat het je niet ontmoedigen als je niet in de prijzen valt. Er kan er maar een winnen. Als je graag schrijft, gewoon blijven schrijven.
Als het niet alleen over schrijfwedstrijden gaat, wel. Ik heb aardig wat opgehaald met het maken van slagzinnen. Fietsen, een reis naar Engeland, geld…
Ik heb er een paar, en het sneue is dat die alle drie niet meer leven. Ik zie mezelf niet bij graf van Rumer Godden staan om dan iets te prevelen in de trant van: heb je die mensen allemaal verzonnen, of ben je ze ook wel eens tegengekomen?
Lezen… Lezen… Je maakt je eigen wereld in je hoofd. Een auteur is een aangever, maar jij zet je fantasie aan het werk. Lezen is creatief.